Palmpasen
Het is Palmpasen en ik zie de bomen,
de palmen weer met kinderogen aan:
hun blaad’ren die als vogelveren stromen
en in de top der stam gestoken staan.
En alles is bereid Hem te ontvangen,
en de verwachting vlamt op elk gelaat:
de kreupelen die aan hun krukken hangen,
de honden en de blinden van de straat.
Er draaft een ezeltje met rechte oren
als aan de witte klasmuur van mijn jeugd;
al heeft het Jezus van zijn rug verloren,
ik zie Hem in mijn kinderlijke vreugd,
en zachtjes juicht het kind in mij verblijd:
Hosannah die de Zoon van David zijt.
Aan dit gedicht van Bertus Aafjes moest ik denken toen Lucia de Vries mij vertelde van het mooie initiatief van de kindernevendienst om toch Palmpasenstokken te maken. Het is voor mij slechts één voorbeeld van hoeveel inzet en enthousiasme ik zie. Van kerkenraadsleden die betere camera’s in de kerk ophangen voor de uitzendingen, mijn collega Corinne die alle moderne technieken uit de kast trekt om contact te blijven houden met haar gemeenteleden, individuele mensen in mijn eigen straat die vragen of de oude man (…) het wel redt in zijn eentje (‘Weest niet bevreesd!’) en een supermarktmedewerker die mij attendeert op speciale uren voor mijn doelgroep om boodschappen te doen (‘Maar zo oud ben ik nog niet!’).
Zelf breng ik uren achter de telefoon door, naast de uitvaarten deze week. Wat mij opvalt is dat de meeste mensen het wel redden omdat er veel mantelzorg soms uit het niets opstaat: telefoontjes van ‘mensen van wie je het niet verwacht’, briefjes in de bus ‘of we kunnen helpen’, mensen die plotseling vaardig worden op de laptop door hulp van anderen en nog veel meer attente en praktische zaken.
Hoe het werkelijk met mensen gaat is soms moeilijk te doorgronden. Maar ik weet dat sommige gezinnen het niet makkelijk hebben en onder druk staan. En ik vermoed dat het er meer zijn dan we denken. Vooral met jonge kinderen thuis plus twee aan huis werkende ouders die hun arbeidszaken draaiende hebben te houden, wordt heel veel verwacht. De echte druk zit momenteel bij de thuiswerkende tweeverdieners met kinderen.
Daarbij is de quarantaine deze week verlengd tot de meivakantie èn vieren we in de kerk Palmpasen en volgende week Pasen. Met als alles omvattende vraag: Hoe houden we alle Palmpasenstokken in de lucht? Misschien door slechts dat te doen wat kan. Want niet het vele is goed, maar het goede is veel. En vooral ook door elkaar de tijd en ruimte te gunnen afstand te nemen.
Het valt niet mee en het is niet constant ‘Hosannah!’ Integendeel. Wat Jezus deed op dergelijke hectische momenten? Hij trok zich terug en Hij hield méér dan anderhalve meter afstand. Hij ging de berg op en nam de tijd voor zichzelf om te mediteren. Tegen de avond was Hij even helemaal alleen. Laten we elkaar in alle verbanden waarin we met elkaar functioneren proberen die ruimte en tijd te schenken. Dan kan het voor een ieder werkelijk Pasen worden.
ds. Piet Vellekoop