Leeshulp week 31

Op deze pagina zal iedere leesweek een leeshulp worden geplaatst. Een team van theologen uit verschillende kerken zal daarin gedachten meegeven die je kunnen helpen bij je leestocht.

Leeshulp – week 31               4 – 10 oktober 2015  

Micha, Nahum, Habakuk, Sefanja, Haggaï, Zacharia en Maleachi, de laatste zeven profetische boeken van het Oude Testament.

Micha
Het mooiste gedeelte van Micha vind ik nog altijd hoofdstuk 4, 1-5: Op een dag zal er vrede zijn. Het is een stuk wat uit Jesaja is genomen. Micha zelf blaast soms hoog van de toren tegen de profeten en de leiders van het volk, want hij ziet haarscherp het onrecht dat zij de eenvoudigen aandoen. Daarop gaat hij in heldere taal recht op zijn doel. In Hosea en Jesaja, van wie Micha een jongere tijdgenoot is, ben je vaak dezelfde gedachten tegen gekomen.

Nahum
Het boekje bevat twee profetische liederen over de val van Ninevé (612 v. C.). Het zou best eens zo kunnen zijn dat ze als liturgische teksten gebruikt zijn bij de herdenking van de verwoesting van Ninevé. Hoofdstuk 3 is later aan het boekje toegevoegd.

Habakuk
Dit is in die zin een ‘modern’ boek dat het een klacht is tegen de geest van de tijd. Een klacht die je in alle tijden van de geschiedenis kunt horen is: vroeger was alles beter! Habakuk roept aan het begin onmiddellijk uit: ‘God, U luistert niet!’ Het lied van Habakuk, ook wel het gebed van Habakuk genoemd, in het laatste hoofdstuk, vind ik zelf heel mooi, omdat het boekje na alle klachten uiteindelijk eindigt met uitingen van sterk vertrouwen. Wat is er mooier dan (wat dan ook) te kunnen eindigen met: ‘Nu wacht ik af totdat Hij komt. Hij komt onze vijanden verslaan.’

Sefanja
Nu u al wat ervaring begint te krijgen in de kleine profeten ziet u misschien ook iets van dezelfde structuur die er in ieder boekje enigszins is. Allereerst zijn daar meestal de onheilsprofetieën, gevolgd door profetieën die specifieker tegen volkeren zijn gericht. Maar het eindigt vaak met profetieën van welbevinden en heil. Sefanja is daarop geen uitzondering. Ook al leunt Sefanja op Amos en Joël, alle drie kondigen ze Dag des Heren aan: ‘Ik ga alles op aarde vernietigen!’, toch bestaat het boekje voor het grootste deel uit teksten van hemzelf.

Haggaï
Omdat Haggaï niet in de ik-vorm, maar in de hij-vorm is geschreven, hebben we hier te maken met een zowel literair als historisch geschrift, over de profeet. Het boekje is precies te dateren 520 v. C. en heeft in hoofdzaak betrekking op de herbouw van de tempel. Hiermee zijn de terugkerende ballingen uit Babylon bezig. Hier en daar klopt de volgorde van het boekje niet, maar dat is destijds een bekend probleem als de kleitabletten door de war raakten.

Zacharia
Ook Zacharia zet zich in voor de herbouw van de tempel. Zelf vind ik de dromen, gezichten of nachtvisioenen uit de eerste acht hoofdstukken mooi en boeiend. (Wat niet betekent dat ik het allemaal begrijp; integendeel.) De hoofdstukken 9-11 en 12-14 zijn later toegevoegd. Deze lossere eenheden zijn van andere schrijvers. Het zijn profetische beloften (9-11) die iets vertellen over de toekomst van Gods volk. De laatste drie hoofdstukken (12-14) zijn apocalyptisch, dus: een openbaring van iets dat verborgen of geheim is. Het gaat over de toekomst van Jeruzalem en Juda.

Maleachi
Het laatste profetische en oudtestamentische Bijbelboek bevat een ernstige ‘boetepreek’ die het volk oproept zich te bekeren. De naam Maleachi betekent: ‘mijn boodschapper’ (hoofdstuk 3: 1). Er passeren weer bekende thema’s: onwaardige priesters en huwelijksproblemen. Toch eindigt ook dit boek weer met een positieve boodschap over de trouw van de Heer aan Israël. En in de laatste drie verzen verschijnen zelfs de groten van het Oude Testament: Mozes en Elia.

Piet Vellekoop, predikant te Maarssen, januari 2015 A.D.

Geplaatst in Leeshulp Bijbeluitdaging 2015.